Eigenschappen van spoelen (Techniek Radio/TV)

door Martina @, Almere, 15.08.2013, 08:30 (4121 dagen geleden)

Wie kan uitleg geven met betrekking tot de eigenschappen van spoelen?

Wat voor invloed heeft de diameter van een spoel? Of de diameter van het gebruikte draad, een luchtspoel of een spoel op een ferrietstaaf?

Wordt een spoel gevoeliger als je dun of wat dikker draad gebruikt?

--
The Flying Dutchlady
Eensch legende... thans werkelijkheid!
https://www.youtube.com/watch?v=lr5d3sGxSXQ

Eigenschappen van spoelen

door Ouwe Schipper @, Sassenheim, 15.08.2013, 09:35 (4121 dagen geleden) @ Martina
Bewerkt door Ouwe Schipper, 15.08.2013, 09:44

De eigenschappen van een spoel hangen af van lengte, diameter en aantal windingen. De zelfinductie neemt toe met de diameter en het aantal windingen, neemt àf met de totale wikkellengte
Daar komen dan eventueel nog de kern eigenschappen bij: kernen kunnen van dunnne ijzerdraadjes samengesteld zijn, van ijzerpoeder in kunststof of magnetiseerbare keramiek (ferrit). De permeabiliteit (magnetiseerbaarheid) is een vermenigvuldigings factor: bijv. met een u van 20 wordt de zelfinductie 20 x zo groot. Van diverse soorten kernmateriaal loopt de permeabiliteit enorm uiteen.
Op het internet zijn diverse formules te vinden voor het berekenen van spoelen; daar moet je dan een aantal gegevens invullen en de gevraagde eigenschap rolt er zó uit.
De dikte van de draad heeft voornamelijk invloed op de eigen serieweerstand van de spoel, de Q- factor wordt beter naargelang die weerstand lager is. Daarbij heeft ook het "skin- effect" invloed: naargelang de frequentie hoger is of de stroom groter, loopt er alleen nog stroom aan de oppervlakte van de draad.
Dit zijn wat hoofdlijnen, over het onderwerp zijn dikke boeken geschreven
Nico

Eigenschappen van spoelen

door Mans Veldman @, Leidschendam, 15.08.2013, 19:09 (4120 dagen geleden) @ Ouwe Schipper
Bewerkt door Mans Veldman, 15.08.2013, 19:24

Op de MTS leerde ik vroeger over spoelen: "een korte dikke is beter dan een lange dunne" :-D

Het draait naast gewenste zelfinductie om de kwaliteitsfactor (Q). Spoel moet stevig zijn. dik draad, onvervormbare kern (keramisch), etc. Nico heeft het al uiteengezet.

In een LC-kring speelt ook de Q factor van de kring. Q-factor v.e. kring is omgekeerd evenredig met de bandbreedte. Er zijn bij kringen bepaalde vuistregels voor zelfinductie en capaciteit bij een bepaalde frequentie. Je kunt je voorstellen dat een kring met een hoge zelfinductie en een heel kleine capaciteit een slechte Q heeft. De minste beweging geeft al capaciteits verandering en dus verandering van resonantiefreq. Omgekeerd is een grote C met een heel klein spoeltje ook niet zo goed.

Ook de parasitaire capaciteit (dat is de capaciteit tussen de wikkelingen onderling) kan een rol spelen afhankelijk van de toepassing. Spoelen waarbij de wikkelingen niet aaneensluitend liggen hebben een lagere Cpar

De vuistregel is b.v. "neem voor C een waarde ongeveer gelijk aan 2 x golflengte". Maar het is geen regel (slechts een vuistregel) gebruik dus met gezond verstand.

--
Stuff is the junk you keep -- Junk is the stuff you throw away

Eigenschappen van spoelen

door Eduard @, 17.08.2013, 04:14 (4119 dagen geleden) @ Martina
Bewerkt door Eduard, 17.08.2013, 04:58

dag Martina,

Bij spoelvormen geeft de fabrikant de waarde a op. De zelfinductie is dan aN^2.
(a maal N kwadraat; waarbij N staat voor het aantal windingen).
Bij sloopmateriaal of een niet daarvoor bedoeld buisje kan je die a gemakkelijk becijferen. Ik leg daarvoor 10 windingen op de vorm en meet de zelfinductie.
Een beetje algebra en je kent een eerste benadering voor a.
Daarna kan de gewenste spoel worden gewikkeld. Daarvoor leg ik altijd 10% meer windingen dan de formule aangeeft. Met dat aantal meet ik weer de zelfinductie en doe ik het rekenwerk opnieuw.
De overtollige windingen gaan eraf en je hebt de gewenste zelfinductie.

Vriendelijke groeten,

Eduard

Eigenschappen van spoelen

door Martina @, Almere, 17.08.2013, 06:20 (4119 dagen geleden) @ Eduard

En waar staat die "a" dan voor?
En hoe meet je de zelfinductie dan?

--
The Flying Dutchlady
Eensch legende... thans werkelijkheid!
https://www.youtube.com/watch?v=lr5d3sGxSXQ

Eigenschappen van spoelen

door Anton van den Oever @, Hazerswoude-dorp, 17.08.2013, 07:54 (4119 dagen geleden) @ Martina

De A staat voor effectief oppervlakte van het magnetisch materiaal in µ (mm²)
Het meten van de zelfinductie kan bv. op deze 2 manieren:
1e: koop een modern LCR meterje, sluit de spoel aan met 2 krokodilbekjes, druk op het knopje en lees direct de waarde af.

2e: maak er een afgestemde kring van door er een bekende condensator parallel aan te zetten en bepaal de resonantie frequentie
met behulp van een generator, griddipper o.i.d. Vervolgens kun je de zelfinductie berekenen.
De laatste methode is de meest leerzame..
m.vr.gr.
Anton van den Oever

Eigenschappen van spoelen

door Eduard @, 17.08.2013, 08:19 (4119 dagen geleden) @ Anton van den Oever

dag Martina,

Anton heeft helemaal gelijk. Zelf verkies ik ook de griddipmeter. Die heeft het voordeel dat je de frequentie waarop wordt gemeten zelf kan inschatten. Best doe je de L meting met een frequentie in de buurt van de gebruiksfrequentie.
Ik heb een prima FM gemoduleerde dipmeter met digitale aflezing. Werkt prima.

Vriendelijke groeten,

Eduard

RSS Feed van deze thread
powered by my little forum