Wil graag wat leren:
Ik ga er vanuit dat men toen als aspirant koper kon kiezen tussen een standaard 4 VHF kanalen 2 t/m 4 of een kiezer met 10 VHF kanalen.
De gevoeligheid kon je met een schakelaar ver of dichtbij achter op het toestel instellen.
Beide chassis zijn m.i. gelijk.

De TV's konden later omgebouwd worden naar een kiezer met 10 kanalen. Dat was ondermeer nodig voor de ontvangst van de Duitse zender Langenberg, die in het oosten van het land ontvangen kon worden en steunzenders die later gebouwd werden.
De vier kanalenkiezer werkte nog met afstemcondensatoren. Op de as zat tevens een schijf waarin nokken waren gestanst, op de plaats waar de afstemcondensatoren overeen kwamen met de gewenste frequenties. Met de fijnregeling kon dan precies worden afgestemd.
Met een VHF1 VHF3 kiezer kon dat kennelijk niet (goed) meer en is er een kiezer gebouwd, die met omschakelbare spoelensets werkte. Overigens zijn er wel 10 kanalen tuners geweest met afstemcondensatoren, maar die heb ik nooit gezien.
DE gevoeligheidsschakelaar had wellicht te maken met een nog niet perfecte AGC. De ontvangers die ik ken van latere datum hadden functies als uitgestelde en gesleutelde AGC etc. De gevoeligheidsschakelaar is op latere toestellen verdwenen.