Hallo ik van een kennis een vraag gehad over een draadomroepschakelaar

Hij heeft een bakelieten schakelaar van de PTT, met een knop voor de zenders (1 tot en met 4) en een knop voor het volume. Ook een PTT luidspreker heeft hij al. Nu wou hij het volgende: De bedoeling is om vanuit de moderne CD speler de muziek door de schakelaar naar die PTT luidsprekert te leiden.
Maar nu de vraag hoe moet een CD speler - schakelaar - luidspreker zóó aansluiten, dat met de volumeknop op de PTT schakelaar het geluid bediend kan worden?
Ik weet nu echt niet of dit nou wel kan, ik kan er ook niks over terug vinden hoe een distributie schakelaar er van binnen uit ziet. Ik zelf dacht de vebinding tussen volume knop en schakelaar verwijderen, en op de potentiometer een versterktje aan te sluiten. Maar wie ben ik omdat te zeggen ik heb er totaal geen verstand van (omdat er ook bijna letterlijk niks over is terug te vinden) hoe het principe van draadomroep in elkaar zit laat staan hoe de schakelaar precies werkt ik kan mij wel wat indenken maar of dat klopt....
Nu ben ik zelf inmidels ook heel benieuwd geworden hoe het principe hiervan in elkaar zit.

Dat is nou een verdienste van het 100 volt luidspreker systeem. Dat maakt het mogelijk om veel luidsprekers (abonnees)op een versterker aan te sluiten.
In de centrale komen vier studiolijnen of radioontvangers te staan, met elk een eigen versterker van een 100 watt of meer. De luidsprekertransformatoren in de versterkers leveren 100 volt aan de distributielijn. Er zijn vier distributielijnen, dus acht aders in de kabel. De programmakiezer wordt met deze kabel verbonden en middels de draaischakelaar kun je een van de lijnen kiezen. In de kiezer zit een trafo, die het 100 volt lijnsignaal terugtransformeert naar een paar volt voor de luidspreker. De trafo heeft een aantal aftakkingen, waardoor met een tweede schakelaar het volume verliesvrij kan worden geregeld door een andere tap op de trafo te kiezen.

Je kunt de programmakiezer niet rechtstreeks op een laagohmige versterker aansluiten, want daarvoor is de uitgangsspanning te laag. Als een distributieluidspreker ongeveer drie watt is, dan is de lijnimpedantie ca 3300 ohm.
Je kunt de kiezer wel gebruiken, als je een 100 volt trafo omgekeerd gebruikt. De vier of acht ohm aansluiting op de versterker en de 100 volt kant naar de programmakiezer.

Veel transistorversterkers vinden een belasting met een trafo niet fijn. Er is altijd wel een beetje offsetspanning en dat leidt in kombinatie met de lage weerstand van de trafowikkeling tot een(te) grote ruststroom in de versterker. Het is dus verstandig om er twee elco´s tegengesteld in serie meet te zetten. Twee van 1000uF 35 volt moet wel genoeg zijn.

Op de lijnversterkers kunnen veel luidsprekers aangesloten worden. Als de speakers 3 watt zijn, gaan er op een versterker van 240 watt al 80 abonnees. Zijn de luidsprekers maar één watt, dan gaan er al 240 abonnees op. Met een laagohmig systeem is dat natuurlijk niet te realiseren. Bovendien zijn bij 100 volt de lijnverliezen bij grote kabellengtes ook nog eens aanzienlijk minder.
Zelf gebruik ik lijnversterkers op 100 volt tot ca 1200 watt en daar gaat zo´n 1500 tot 2000 meter luidsprekerlijn aan en uiteraard de nodige luidsprekers.
Van het 100 volt systeem heb ik op een audioforum wel eens een uitleg gegeven. Bij belangstelling kan ik dat verhaal wel weer opdiepen.

Henk Roovers

De draadomroep werd verspreid door de wijk via een kabel met een loden mantel die langs alle huizen slingerde. Voor elk huis met een draadomroepaansluiting werd een aftakking op die kabel gemaakt. In de kabel zaten 4 aderparen, 1 paar draden voor elk programma.
Het versterkerstation in de wijk bestond ook uit vier versterkers. De uitgang van de versterkers was het z.g. 100 Voltsysteem. Daarmee is het mogelijk om veel luidsprekers parallel op de kabel aan te sluiten.
De luidspreker heeft een trafo (ingebouwd in de programmaschakelaar) die van het 100-voltsignaal een laagohmig signaal maakt.
Hoe de volumeregelaar werkte ben ik even kwijt; ik dacht met aftakkingen op de aanpassingstrafo in de programmaschakelaar, maar het kan ook een weerstandsverzwakker zijn geweest.

Om de programmaschakelaar te kunnen gebruiken heb je dus een versterker nodig met een 100 Volt uitgang. De versterkers die worden gebruikt om berichten door te geven in gebouwen "Mevrouw Jansen, toestel 97....." werken altijd met een 100 Volt uitgang.
Deze versterkers kom je op beurzen en rommelmarkten regelmatig tegen.

Wanneer je een radio hebt met een 800 ohm uitgang (b.v. een plano met 800 ohm luidsprekerpluggen) dan kan je die direct aansluiten op de ingang van de distributieschakelaar.

De CD-speler sluit je aan op de grammofooningang van de radio, de PTT luidspreker op de uitgang van de schakelaar.

Er bestaan ook speciale distributieversterkers van de PTT, hier kan je direct een CD-speler en een PTT luidspreker op aansluiten. Zie b.v. http://www.hupse.eu/radio/philips_3301.htm

Veel van deze PTT draadomroep systemen werkten indertijd met een spanning van 48 volt.

--
http://www.hupse.eu/radio

Dag Sven ,

op de site van J. van Schaik

http://www.jvanschaikconsultancy.nl/radiomuseum/

vind je via versterkers en dan P.T.T. nog wat info over distributie radio.
Zelf had ik de kale uitvoering , dus alleen de metalen boxjes met LDSP ,
zonder regeling/knop/ versterker erin.
die bevond zich aan de muur .
Dat er misschien wel eens afgetapt werd of een tweede LDSP aangesloten
getuige het volgende attribuut :

er staat op UNDY Toncontrol , zo te zien een direkte doorlus en een uitgang waartussen een traploze (draad)potmeter .
Zou dus bij distributie radio gebruikt zijn , ik had geen zin hem open te slopen , (komt zelden voor) hele week al genoeg met distributie te stellen gehad (riem).
gr huub
PS de kwaliteit PTT kastjes LDSP is verbazend goed , er zat ook een soort bitumen achtig dempingsmateriaal in meen ik me te herinneren.