Catalogus Radio Detha (Techniek Radio/TV)
door Herm Willems , Maastricht, 23.08.2018, 21:29 (2282 dagen geleden)
Ik heb een Nederlandse catalogus van Radio Detha uit 1924. Hierin worden radio-onderdelen en de destijds in Nederland gemaakte Heussen radiolampen geadverteerd.
Heeft iemand ooit van Radio Detha gehoord? In de catalogus wordt nergens een adres of vestigingsplaats genoemd.
Interessant zijn de Darimont elementen die o.a. ook als gloeistroombatterij gebruikt konden worden. Ze hoefden nooit geladen te worden, af en toe de twee vloeistoffen radiogene en hemiporogene vervangen was voldoende. Ik kende ze nog niet.
(Meer info over deze elementen: https://www.americanradiohistory.com/AUSTRALIA/.../AWA-1927-Radio-Guide.pdf )
Catalogus Radio Detha
door John Hupse † , Schoonhoven, 23.08.2018, 21:41 (2282 dagen geleden) @ Herm Willems
Catalogus Radio Detha
door Herm Willems , Maastricht, 23.08.2018, 22:00 (2282 dagen geleden) @ John Hupse †
Dank voor je supersnelle reactie John, op het Damrak zaten ze dus!
Catalogus Radio Detha
door Gidi Verheijen , Buchten, 24.08.2018, 00:24 (2282 dagen geleden) @ Herm Willems
Zie ook "Opkomst van de Nederlandse Radio-Industrie", pag. 50 en 51.
Catalogus Radio Detha
door Herm Willems , Maastricht, 24.08.2018, 08:08 (2282 dagen geleden) @ Gidi Verheijen
Bedankt Gidi. In de catalogus staan alleen maar onderdelen en hulpapparaten. Zo te zien zijn ze dus pas complete toestellen gaan verkopen vanaf 1926.
Catalogus Radio Detha
door John Hupse † , Schoonhoven, 24.08.2018, 10:22 (2282 dagen geleden) @ Herm Willems
Zo te zien zijn ze dus pas complete toestellen gaan verkopen vanaf 1926.
De advertentiedatabase waar ik naar verwees is, net als het boek van Frans Driesens, georganiseerd rond fabrikanten (door Frans makers genoemd), in plaats van rond merken.
De voorloper van de firma Détha is de firma Deth. Wanneer je nu zoekt op de fabrikant Deth vind je dit:
http://www.nvhr.nl/adv/advertentie.asp?Maker=Deth&Table=ADVERT&Merk=&Thumbs...
Zoals je ziet werden er door deze fabrikant al vanaf de zomer van 1922 complete Detha toestellen aangeboden.
Catalogus Radio Detha
door Herm Willems , Maastricht, 24.08.2018, 12:27 (2282 dagen geleden) @ John Hupse †
Probleem is dat het -zeker voor die tijd- moeilijk vast te stellen is wie de toestellen of onderdelen daadwerkelijk fabriceerde. Aangebrachte merkplaatjes of opschriften zijn geen bewijs daarvoor. Zaken liepen nogal eens door elkaar. Kijk b.v. naar de gang van zaken rond de eerste radiolampen op de Nederlandse markt.
Overigens is het merkwaardig dat een bedrijf in 1922 complete toestellen adverteert, vervolgens in 1924 een luxueus uitgevoerde catalogus van 40 blz. uitbrengt met daarin alle gangbare onderdelen uit die tijd waarmee radio's gebouwd kunnen worden, maar waarin geen enkel compleet ontvangtoestel voorkomt, om er vervolgens vanaf 1926 opeens weer mee te adverteren.
Catalogus Radio Detha
door John Hupse † , Schoonhoven, 24.08.2018, 14:37 (2282 dagen geleden) @ Herm Willems
Probleem is dat het -zeker voor die tijd- moeilijk vast te stellen is wie de toestellen of onderdelen daadwerkelijk fabriceerde.
precies, en dat argument geldt natuurlijk nog steeds.
Feit is dat volgens Frans Driesens Van Deth resp. Détha de makers (fabrikanten) zijn van deze toestellen. (Ernst Erb heeft de gegevens van Frans 1:1 overgenomen).
Het is overigens bekend dat Van Deth in zijn winkel eveneens radio toestellen onder de naam Selecta verkocht. Deze zijn gemaakt door de NV Nederlandse Fabriek van Electrotechnische Instrumenten (Nedfeti).
merkwaardig dat een bedrijf in 1922 complete toestellen adverteert, vervolgens in 1924 een luxueus uitgevoerde catalogus van 40 blz. uitbrengt met daarin alle gangbare onderdelen uit die tijd waarmee radio's gebouwd kunnen worden, maar waarin geen enkel compleet ontvangtoestel voorkomt, om er vervolgens vanaf 1926 opeens weer mee te adverteren.
Aanvankelijk werden in Nederland radiotoestellen vooral zelf gebouwd. Rond 1925 verschoof deze markt geleidelijk richting kant-en-klare toestellen. Daar komt dat door.
Catalogus Radio Detha
door Herm Willems , Maastricht, 24.08.2018, 23:45 (2281 dagen geleden) @ John Hupse †
De eerste radioamateurs in Nederland bouwden inderdaad zelf hun ontvangtoestellen. IDZ was -voor zover ik weet- de eerste in ons land die complete toestellen aanbood. Echter, om die te kunnen aanschaffen moest je wel goed in de slappe was zitten.
Maar ik denk dat je die datum best wel wat verder vooruit kunt schuiven John. Denk maar eens aan de Varadyne, Cassandra e.d. En niet te vergeten natuurlijk de spoelen van Erik Schaaper. Hij bracht in 1931 de A-spoelen op de markt (die niemand kent) en in 1934 de in een glanzende koperen bus gehulde F-spoelen, die iedereen kent.
Gevoelsmatig, en dus wetenschappelijk volstrekt niet verantwoord zou ik zeggen dat de kentering (zelf in elkaar flansen of kopen) ergens midden jaren dertig plaatsvond. Maar wie het beter weet mag het zeggen natuurlijk
Catalogus Radio Detha
door John Hupse † , Schoonhoven, 25.08.2018, 20:50 (2280 dagen geleden) @ Herm Willems
Bewerkt door John Hupse †, 25.08.2018, 20:58
Aanvankelijk werden in Nederland radiotoestellen vooral zelf gebouwd. Rond 1925 verschoof deze markt geleidelijk richting kant-en-klare toestellen.
Aan de ene kant ging deze verschuiving vrij geleidelijk. In de periode 1927-1933 deden de omroepen hun best om bouwbeschrijvingen te publiceren voor zelfbouw radiotoestellen. De relatief hoge cijfers die je hierover vindt geven echter een nogal vertekend beeld, er werden weliswaar veel boekjes verkocht maar het aantal toestellen dat werkelijk is gebouwd ligt zeer veel lager. Je kunt dit onder meer zien aan het aantal zelfgebouwde omroeptoestellen dat nog onder verzamelaars circuleert, versus het aantal fabriekstoestellen uit deze periode.
Aan de andere kant slaagt Philips er in om in de periode 1927 tot 1932 een miljoen radiotoestellen fabrieksmatig te produceren en te verkopen. Je kunt zeggen dat deze toestellen niet allemaal in Nederland werden verkocht, maar de thuismarkt was in het begin wel zeer belangrijk. Het aantal van 1 miljoen toestellen is werkelijk zeer hoog vergeleken met het aantal toestellen dat voor 1927 hier werd geproduceerd.
Je kunt dus zeggen dat de verschuiving van de markt plaats geleidelijk plaats vindt rond 1925. Deze verschuiving gaat door tot ongeveer 1960 wanneer het zeg maar afgelopen is met de zelfbouw.
Wat betreft het getalsmatige aspect, het zou mij niet verbazen wanneer het "break-even" punt voor deze markten samenvalt met een andere belangrijke gebeurtenis op dit gebied, de invoering van het wisselstroomtoestel in Nederland. Het break-even moment is dan in 1928 (Philips 2514 etc).
Frans Driesens zegt hierover in zijn boek op blz 89: "Als de radio op het lichtnet kan worden aangesloten, stijgt de verkoop van ontvangers explosief".
Catalogus Radio Detha
door Herm Willems , Maastricht, 25.08.2018, 23:36 (2280 dagen geleden) @ John Hupse †
Bewerkt door Herm Willems, 25.08.2018, 23:46
Tja. Het is natuurlijk nog maar de vraag of je slechts op basis van het aantal zelfbouwtoestellen dat zich anno nu in collecties van verzamelaars bevindt een betrouwbare conclusie kunt trekken over het aantal toestellen dat toentertijd daadwerkelijk werd gebouwd. Een amateurtoestel was nooit af, een rechtgeaarde amateur liet zijn bout nooit lang op stal. De toch ietwat stoffige zen-spreuk: 'De weg is het doel' was hen op het lijf geschreven. Mij verwondert het bv steeds weer hoeveel Schaaper F-spoelen er tegenwoordig nog te vinden zijn. Die moeten dus ooit in een amateurradio hebben gezeten die al heel lang niet meer bestaat. En, vergeet ook de inleverplicht in WOII niet. Mensen brachten een zelfbouwtoestel en verstopten het fabriekstoestel.
Verder is het belangrijk dat men zich realiseert dat een heel groot deel van de 'Kalff-Philipsen' die tegenwoordig overal in Nederland op witte bouwmarktplanken staan te pronken uit andere Europese landen afkomstig zijn. Antiquairs vulden daar de lege plekjes in hun Ford Transits mee. 'Geld is geld', zo redeneerden ze.
Ik wil maar zeggen dat de tegenwoordig in Nederland aanwezige ouwe Philipsen een volkomend vertekend beeld geven van de voor de oorlog in ons land verkochte radio's. Gidi zal daar op basis van de door hem verzamelde serienummers ongetwijfeld nog zeer interessante mededelingen kunnen doen.
Mijns inziens is het dus onmogelijk om betrouwbare conclusies te trekken over de verhouding amateur/fabriekstoestel op basis van momenteel in Nederlandse verzamelingen aanwezige radio's.
Catalogus Radio Detha
door Cornelis B-B. , Amsterdam, 26.08.2018, 00:04 (2280 dagen geleden) @ Herm Willems
En dan niet te vergeten: Al die onderdelen die men heeft gekocht om zelf een radio
te maken die nooit zijn gebruikt. En bouwsels die nooit zijn af gebouwd.
Gewoon omdat men er niet aan toe kwam. Vaak omdat men inmiddels een mooi afgewerkt
fabrieks toestel had aan geschaft, dat er toch mooier uit zag als de meeste zelf
bouwsels. Ook nu komt men nog wel eens niet gebouwde radio bouwpakketten compleet met bouw
tekeningen, beschrijvingen en schema's tegen.
Tja, mensen maken plannen....Ze worden niet altijd uitgevoerd.
Cees.
--
CornelisBB
Catalogus Radio Detha
door Herm Willems , Maastricht, 26.08.2018, 09:17 (2280 dagen geleden) @ Cornelis B-B.
Ook dat is natuurlijk weer een interessant onderzoeksgebied Cees: zelfbouwtoestellen die nooit zijn afgebouwd. Je komt inderdaad nog af en toe een nooit gebouwd Philips Pionier-bouwdoosje uit de 60's tegen.
Maar als ik terugkeer naar de periode midden jaren 20 tot midden jaren 30 vermoed ik dat het aantal niet afgebouwde radio's niet zo hoog zal zijn geweest, want onderdelen waren peperduur!
Om weer even terug te komen op de Schaaper F-spoelen: die kostten in 1934 6 gulden 40 per stuk. Omgerekend naar de huidige geldwaarde (rekentool IISG) komt dat neer op 59 euro 15. Je had er twee nodig dus afgerond wordt dat al 120 euro. En dan moest je nog een dubbele varco met schaal en een voedingstrafo hebben. En nog 5 lampen, toonfilter, condensatorblok en wat klein spul. Zonder het verder in detail uit te rekenen kun je dus zeggen dat je op een fors totaalbedrag uitkwam.
Persoonlijk acht ik de kans dus zeer klein dat het ding half afgebouwd naar de zolder verdween om plaats te maken voor een dure fabrieksradio. Vergeet niet dat het een tijd was waarin gaten in sokken nog gestopt werden! Daarnaast waren de bouwtekeningen in die tijd ware kunstwerkjes. De kans om een foute verbinding te leggen was eigenlijk uitgesloten, zie de bijgevoegde foto. Deed ie het uiteindelijk toch niet dan ging je terug naar de winkel waar het meteen opgelost werd voor je.
In die tijd had men in winkels nog verstand van de spullen die men er verkocht
Catalogus Radio Detha
door John Hupse † , Schoonhoven, 26.08.2018, 11:49 (2280 dagen geleden) @ Herm Willems
Bewerkt door John Hupse †, 26.08.2018, 12:47
mee eens, betrouwbaar cijfermateriaal over de verhouding zelfbouw en kant-en-klaar ligt niet voor het opscheppen. Zelfs over het aantal geregistreerde radiotoestellen in Nederland rond 1928 (zo'n 200.000) kan je redetwisten, de werkelijke aantallen zijn hoger omdat sommige toestelbezitters de luisterbijdrage ontdoken.
Om op je oorspronkelijke vraag terug te komen, het is een feit dat de verreweg belangrijkste producent van onderdelen en radiotoestellen in Nederland (Philips) zich in de periode voor 1927 op radiogebied alleen bezig hield met de verkoop van onderdelen, maar zich in 1927 vrij abrupt ging toeleggen op kant-en-klare toestellen. Dit gebeurde op een industriële schaal, en met grote aantallen. Omdat deze strategie, ook wanneer je terug kijkt, zeer succesvol was moet het haast wel zo zijn dat de markt voor radiotoestellen toen ingrijpend verschoof.
Catalogus Radio Detha
door Herm Willems , Maastricht, 26.08.2018, 12:57 (2280 dagen geleden) @ John Hupse †
Wat betreft dat verschuiven van de radiomarkt: Philips ging m.i.v. eind 1927 in navolging van Amerika inderdaad ook radio's voor aansluiting op het lichtnet maken. De eerste, de 2501, kostte toen samen met luidspreker en PSA 275 gulden. Omgerekend zou je daar anno nu 2118,14 voor moeten betalen. Alleen voor de happy few dus en niet weggelegd voor een arbeidersgezin.
Ik zou wel eens willen weten hoeveel radio's van dat type er in het eerste jaar na de introductie in totaal werden verkocht in Nederland.
Catalogus Radio Detha
door John Hupse † , Schoonhoven, 26.08.2018, 14:20 (2280 dagen geleden) @ Herm Willems
Bewerkt door John Hupse †, 26.08.2018, 15:04
Ik zou wel eens willen weten hoeveel radio's van dat type er in het eerste jaar na de introductie in totaal werden verkocht in Nederland.
Er werden ongeveer 7.800 Philips 2501/2502 toestellen (uit 1927) ingeleverd in de oorlog. Deze toestellen zijn vrijwel allemaal verkocht in het eerste jaar na de introductie (model 2502 liep wat langer door). Van de opvolger, de Philips 2514 (uit 1928), werden 28.000 toestellen ingeleverd. De genoemde cijfers betreffen uitsluitend Nederland. De Philips 2514 is daarmee zelfs het toestel waarvan het hoogste aantal is ingeleverd in Nederland (cijfers zijn afkomstig van Gidi Verheijen en o.a. gepubliceerd in het NVHR blad).
Je kunt hier al zien dat er in 1927-1928 een explosieve groei gaande was op de markt voor complete toestellen. Een schatting van het aantal Philips 2501 toestellen dat is geproduceerd is te geven door deze getallen wat verder te bewerken, je komt dan uit op circa 65.000 toestellen (Philips 2501 plus 2502).
Ongeveer de helft van het aantal ingeleverde toestellen is van het merk Philips. Dit percentage is niet zo heel erg nauwkeurig te bepalen omdat er bij het inleveren waarschijnlijk vrij veel fouten werden gemaakt bij het inschatten van het merk. Maar alez, het zij zo.
Catalogus Radio Detha
door Herm Willems , Maastricht, 26.08.2018, 21:12 (2279 dagen geleden) @ John Hupse †
100% zekerheid mbt de nummering zullen we nooit krijgen helaas. Daarnaast is een groot deel van de Philips-archieven in WOII verloren gegaan. De vraag is dan ook: kloppen die serienummers eigenlijk wel? Anders gezegd: had het allereerste toestel inderdaad nummer 1? Of begon men bij, laten we zeggen 1000? Of zelfs bij 10.000?
Dit lijkt ver gezocht, maar kijk b.v. eens naar de kneepnummering van de eerste Philips-Ideezet radiolampen. In januari 1919 verscheen in Radio Nieuws een advertentie waaruit op te maken is dat alle lampen genummerd zijn en dat er (sinds juni 1918) reeds 1450 lampen van dat type over de toonbank waren gegaan. Kijk, dat is nou leuk voor verzamelaars, kun je makkelijk een schatting maken van het bouwjaar van de jouwe. Vergeet het maar.
Peter den Boer en Piet Bakker hebben er c.a 50 stuks onderzocht. Ik heb op dat onderzoek nog wat voortgebouwd waardoor het totaal op ongeveer 60 stuks kwam. Ruwweg zijn er twee constructies te onderscheiden: een primitieve en een meer geavanceerde variant. Dan zou je dus verwachten dat de lage getallen tot die eerste categorie behoorden en dat alle lampen boven een bepaald getal tot de tweede. Helaas, dat is niet zo, uit de nummering alleen kan geen enkele conclusie worden getrokken mbt de productiedatum van dergelijke lampen. Anders gezegd: die nummering lijkt volkomen willekeurig te zijn uitgevoerd. Daaruit blijkt dan uiteraard dat de nummering niet chronologisch kan zijn geweest. De vraag: "Hoeveel Philips-Ideezets zijn er eigenlijk gemaakt?" zal dus wel nooit beantwoord kunnen worden.
Catalogus Radio Detha
door John Hupse † , Schoonhoven, 26.08.2018, 23:25 (2279 dagen geleden) @ Herm Willems
De vraag is dan ook: kloppen die serienummers eigenlijk wel?
Herm, geen idee waar je het over hebt, serienummers heb ik niet genoemd. Gidi Verheijen heeft het over 825.000 ingeleverde toestellen in zijn boek. Verder wordt er gebruik gemaakt van de wetenschap dat er vlak voor de oorlog 1,2 miljoen Nederlanders een radiotoestel in bezit hadden (bezitters van een radiotoestel waren in Nederland immers geregistreerd).
Het is ook nog bekend dat ongeveer 7% van de ingeleverde toestellen bestond uit complete zelfbouwtoestellen, en 13% uit knutselwerkjes (speciaal t.b.v. de inlevering geprepareerde incomplete objecten).
Het aantal toestellen dat niet is ingeleverd (om verschillende redenen) wordt door de auteur geschat op 475.000.
Het kritisch bekijken van mijn forumbijdragen juig ik toe, maar het gaat hier dus niet over serienummers.
Catalogus Radio Detha
door Herm Willems , Maastricht, 27.08.2018, 19:50 (2278 dagen geleden) @ John Hupse †
We zijn wat afgedreven van waar het aanvankelijk om ging. "Off topic" is de omschrijving die men er hier op het forum voor pleegt te gebruiken. Ik vroeg mij namelijk af was wat de reden zou kunnen zijn dat DETHA in 1922 complete toestellen verkocht, zich in 1924 slechts beperkte tot onderdelen, en in 1926 weer complete radio's verkocht.
Jouw verklaring was: "aanvankelijk werden in Nederland radiotoestellen vooral zelf gebouwd. Rond 1925 verschoof deze markt geleidelijk richting kant-en-klare toestellen. Daar komt dat door."
Ik reageerde met: "Ik denk dat je die datum best wel wat verder vooruit kunt schuiven John. Denk maar eens aan de Varadyne, Cassandra e.d."
Dat bracht ons o.a. op de 2501 en vervolgens op de kneepnummers van de lampen uit de begintijd van Philips.
Uiteindelijk is mijn vraag nog steeds niet beantwoord. Maar dat geeft ook niet, dat is het lot van de vorser naar de geschiedenis van de radio. Een gebied waar ik mij al sinds eind jaren 60 mee onledig houd. Elk antwoord roept nu eenmaal weer nieuwe vragen op en harde uitspraken blijken uiteindelijk maar moeilijk staande te houden als je er eens dieper in duikt. Maar ja, dat is nu eenmaal het lot van elke onderzoeker.
Catalogus Radio Detha
door John Hupse † , Schoonhoven, 27.08.2018, 21:00 (2278 dagen geleden) @ Herm Willems
Uiteindelijk is mijn vraag nog steeds niet beantwoord.
wanneer de markt verandert zie je gelukkig wel vaker dat een bedrijf zich hieraan aanpast. Dat is de essentie van het antwoord.
Een handelsmaatschappij zoals Déta reageert meestal het snelst op marktwijzigingen, maar je ziet hetzelfde uiteindelijk ook gebeuren bij produktiebedrijven. Een van de relatief succesvolle kleine radiofabriekjes is Waldorp. Het bedrijf introduceert in 1923 een tweelamps radiotoestel, de Waldorp W2. Dat is kennelijk niet zo'n succes, men bouwde in die tijd in Nederland zo'n toestel immers liever zelf.
We horen tot 1929 niet zo veel meer van Waldorp, hoewel het bedrijf in die periode wel allerlei metalen onderdelen fabriceert die worden gebruikt bij het bouwen van radiotoestellen. Denk aan schakelaars, kontaktmateriaal, (delen van) spoelstellen enz.
Vanaf 1929 fabriceert Waldorp plotseling weer complete radiotoestellen. Zie verder de getalsmatige onderbouwing van de kentering in de NL-radiomarkt die zich vanaf 1925 geleidelijk manifesteert en rond 1928 piekt. Je ziet deze ontwikkeling trouwens wel vaker, precies 56 jaar later gebeurt zoiets ook in de PC-markt.