8024N 6,3V 300mA
En ze staan parallel aan de gloeidraden van de buizen.

9V mag dus geen probleem zijn.

Mogelijk het zwart verven, hierdoor wordt lampje te heet omdat de warmte niet weg kan.
Hoezo zwart geverfd?

Voor de SA8013 gebruik je schema van de Philips H4X64A

--
"I haven't even turned this on to see if it works because as long as I don't it might"

Andrew,

Schema van buistoestellen lezen is niet zo heel moeilijk in de basis.

Elke buis, of delen van de buis als deze uit meerdere delen bestaat, heeft een eigen
gelijkspanning instelling nodig.

Soms zit er in 1 glas ballon eigenlijk 2of meer buizen gebouwd, zoals bij de EABC80.
Vandaar dat je B4 meerdere keren tegen komt in schema.

Als je bedenkt dat spoelen voor gelijkspanning bijna 0-Ohm zijn en condensatoren
een blokkering.

Ook tbv schema overzichtelijk houden worden niet alle verbindingen getekend.
Zo bv de +200V, ++230V en de +++235V voedingen.

Dit betekend dat alle draden met pijlen en de enkele +, hangen aan die +200V.

Kijken we naar schema en volgen we de voeding.
EZ80 en C2 richten gelijk en hebben we +++235V die naar S25 gaat.
Uitgang S25 heet nu ++230V en gaat verder naar R1e en wordt +200V met extra buffer C1.
Dit op die uitgangstrafo wordt zo gedaan om evt brom van de voeding uit te filteren.

Even goed zien we S24 en door ook die weerstand van die uitgangstrafo, wordt de spanning aan B5, EL84 nu 220V.

Ook zie je nu dat condensator C48 recht over die 220V voeding staat.
Bedenk als die C48 defect is , en dus weerstand gaat krijgen, eigenschap van defecte condensatoren, dan wordt de stroom door die uitgangstrafo dus aanzienlijk hoger.
Gezien feit dat heel dun draad is, fikt die kant daarom heel vaak door.

Daarom is controle van die C48 heel belangrijk en moet deze werkelijk 100% in conditie zijn.

Stroom door de buis is Kathode Anode, en kathode via een weerstand van 270 Ohm(R32) ligt aan massa via een schakelaar.
De stroom door de buis wordt door spanning op rooster geregeld. pen 2, R31 van 1k Ohm.

Nu zien we buis EABC80 B4, die anode krijgt zijn hoogspanning via R220K,R23, de stroom door die buis wordt geregeld door spanning op rooster pen 8.

Valt op condensator C44. Aan 1 zijde staat dus 90Vdc.
We willen alleen het signaal doorlaten, vandaar die condensator.
Daarom is die condensator heel belangrijk.
Ook deze moet 100% zijn, om geen gelijkspanning van die B4 door te laten sijpelen naar B5 t rooster.
Omdat anders de instelling van die B5 verkeerd gaat.

En zo zie je steeds geblokkeerd de gelijkspanningen van elke buis naar een volgende deel van schema.
Dat gebeurd met condensatoren, dat blokken, maar ook met transformatoren.
Bijvoorbeeld de trafo's S12 en S13, of S16 en S17 enz.
Elk laten steeds wel signaal door, door de overdracht in magnetisme, maar niet de gelijkspanning.

En zo puzzel je die radio door.

Voor de beginner is dit principe van begrip schema buis toestellen belangrijk.
Zo vis je al heel wat storingen er uit.
Immers vaak in schema staan gelijkspanningen wel gegeven.

En de basis regel, Stroom door een weerstand, geeft spanningsval over die weerstand.
Geen stroom door een weerstand, is spanningsval 0V. UR=Ir x R
UR = 0 x 220.000 Ohm = 0V

Nemen we die B4, Staat gegeven bij anode 90V en weerstand is 220.000 Ohm (220k)
Ene zijde staat de + en die was 200V.
De spanningsval over die weerstand is dan 200-90V is 110V.
Als Ur= Ir x R => Ir = UR/R => 110V / 220k => stroom is dus 0,5mA.

Zo ook met R32, kathode B5, staat 7V op punt 3.
R32 is 270 Ohm.
Stroom is door die weerstand, omdat andere kant aan massa, 0V hangt, nu 7V/270 Ohm = 25mA

--
"I haven't even turned this on to see if it works because as long as I don't it might"