Werking AVO buizentester type 160 (Techniek Radio/TV)
Hallo forumlezers,
Een paar weken geleden ben ik de gelukkige bezitter geworden van een AVO buizentester type 160 ook wel de koffer genoemd.
Op dit forum had ik veel verhalen gelezen over dit meetapparaat. Mede dank zij de informatie van Hein Ros is het me gelukt om in korte tijd de werking van deze tester te begrijpen. Wat me opviel tijdens mijn speurtocht was dat er wel veel informatie te vinden was, maar als je precies wil weten hoe de tester werkt dan was dit niet op eenvoudige wijzen te achterhalen.
Volgens Hein Ros zouden een aantal wijzigingen uitgevoerd moeten worden om de tester stabieler te maken. Achteraf moet ik vaststellen dat deze voorgestelde wijzigingen nuttig en zeker een verbetering zijn.
De belangrijkste wijziging was/is het vervangen van twee buisjes door vier gelijkricht dioden.
Het apparaat wordt daar veel stabieler door. Normaal zou ik bij het restaureren van een radio alles zo origineel mogelijk willen houden. Maar bij een meetapparaat, dat je nu nog steeds wil gebruiken, moet je toch kunnen vertrouwen op het resultaat. Als dat kan door een paar kleine veranderingen, dan moet je dat volgens mij ook doen.
Van de restauratie/aanpassingen zal ik later verslag doen op dit forum.
Nu zat ik alleen nog met de vraag of er nog iemand zit te wachten op een technische uitleg hoe deze tester werkt. Ik had voor mijn zelf alles opgeschreven en misschien hebben andere daar ook wat aan. Dus heb ik besloten om een poging te doen om te beschrijven (in spruitjes taal) hoe de tester werkt.
Dit is dus geen gebruiksaanwijzing daar zijn er al genoeg van. Het is ook geen herhaling van al het werkt dat Hein Ros gedaan heeft. Ik probeer op te schrijven hoe de tester intern technisch werkt en welke onderdelen belangrijk zijn voor de werking/nauwkeurigheid bij een bepaalde instelling of meting.
De hoofdonderdelen die ik nu onderken zijn:
1e
Instellen anode stroom
2e
Instellen negatieve roosterspanning
3e
Meten steilheid
4e
Meten gelijkrichtbuizen
5e
Meten isolatie tussen rooster, kathode, etc.
6e
IJken op netspanning
Als proef hieronder het verhaal over de instelling van de anodestroom. Als dit positief ontvangen word dan zal ik een poging wagen om ook de andere onderwerpen op deze manier te beschrijven. Als er geen behoefte aan is dan hou ik de informatie voor mij zelf. Uiteraard is opbouwende kritiek welkom en als het aanslaat dan hoop ik dat het geheel bij tips en trucks komt te staan.
INSTELLEN ANODE STROOM
Voor dat een buis getest kan worden moet eerst de verwachte anode stroom worden ingesteld.
Dit doe je op de AVO 160 met de schakelaar SW1 voor het bereik van 0 tot 90 mA en met RV4 voor het bereik van 0 tot 10 mA. Totaal is dus een maximaal stroom bereik van 100 mA mogelijk.
Voor gelijkrichtbuizen is de test anders deze wordt later behandeld.
Ook de anodespanning en schermroosterspanning moeten worden ingesteld. Maar zijn voor dit onderdeel van de beschrijving niet belangrijk.
In de stand “test” bij de AVO 160 wordt de anodestroom van de buis met behulp van de negatieve roosterspanning zo ingesteld dat de meter “nul “aangeeft. . Hoe de negatieve roosterspanningsinstelling werkt wordt later beschreven.
Verder moet nog worden opgemerkt dat de anodespanning als wisselspanning op de te testen buis wordt gezet. De buis dient eigenlijk als de gelijkrichter immers alleen de positieve helft komt in geleiding. Dus er is sprake van enkelfasige anode gelijkstroom.
In de volgende tekening is het totale stroomcircuit rood getekend. Ook is te zien dat met schakelaar SW6 de anode spanning wordt gekozen.
HOE WERKT DE MEETSCHAKELING OM DE METER OP- “NUL” TE ZETTEN.
Een afgeleide van de anode stroom is te meten over de belastingweerstand R10. Deze weerstand is 200 Ohm dus bij een maximaal te meten anode stroom van 100 mA staat er dus 20 Volt over deze weerstand en enkelfasig betekent dit dus een spanning van 10 Volt.
Voor de verklaring van de werking van de AVO 160 tester kunnen we steeds uitgaan van de halve waarde omdat ook alle andere gebruikte spanningen enkelfasig gelijkgericht zijn.
Dus meet je 50 mA met een externe meter tussen de anode, dan betekent dit in de praktijk dat er 100 mA loopt.
Een tweede stroomcircuit dat voor deze instelling belangrijk is zijn de weerstanden R15 tot en met R23 en RV4. Door deze keten die op het schema is aangegeven in het groen wordt door de 50 V transformator wikkeling en de dioden D1 en weerstand R6 een stroom verzorgd waardoor er over elke weerstand R15 –R23 en RV4 een spanning staat van 1 Volt. Deze spanning is enkelfasig gelijkgericht.
De draaispoelmeter wordt in de stand test in serie geschakeld met de spanning die staat over R10 en via allerlei schakelaars verbonden aan een deel of totaal van de weerstanden R15-R23 en RV4. Dit is in het schema aangegeven in het blauw.
Aan welk deel van de weerstandscombinatie hangt af van de te verwachte (en via de negatieve roosterspanning) ingestelde anodestroom van de te testen buis.
Bij verwachten van 100 mA is de meter dus over de gehele keten aangesloten en bij 0 tot 10 mA is dit alleen RV4.
Omdat de spanning over R10 (die een afgeleide is van de anodestroom) in tegenfase is met de spanning over de weerstandsketen R15-R23 en RV4, zal de meter op nul gaan staan als beide spanningen gelijk zijn.
Dus bij een ingestelde verwachte anodestroom van bijvoorbeeld 100 mA staat er 10 Volt over de gehele weerstandsketen en als de stroom door de te testen buis ook 100 mA is dan zal er over R10 ook 10 Volt staan (let op dit is de gemiddelde waarde zie ook eerdere opmerking).
Is dit niet het geval dan wordt via de negatieve roosterspanning de stroom door de te testen buis verhoogd of verlaagd tot de meter een “nul” indicatie geeft. In dat geval zijn beide spanningen gelijk.
Ter verduidelijking zie je hieronder een sterk vereenvoudigd plaatje waar de betrokken weerstanden voorgesteld worden als batterij bronnen. Ook is goed te zien dat de twee spanningen elkaar tegenwerken en dus bij “nul” indicatie de meting in balans is.
Verder zie je in dit plaatje nog een aantal weerstanden R14 en een combinatie van de weerstanden R24,R25 en R26. Deze weerstanden hebben voor dit meetprincipe geen belangrijke waarde. De meternauwkeurigheid van de meter zelf is voor dit deel van de meting ook niet belangrijk immers de meter is slechts een “nul” indicator.
De nauwkeurigheid van deze instelling wordt bepaald door de belastingsweerstand R10 en de juiste spanning van 1Volt per weerstand combinatie R24,R25 en R26.
In de service documentatie staat duidelijk hoe dit te controleren is kort samengevat:
De te testen buis Op nul in stellen met de door SW1 ingestelde verwachte anodestroom. De stroom via een onderbroken link meten tussen de anode en tester. Deze stroom moet dan de helft zijn (door enkelfasige gelijkrichting) van de te verwachte stroom.
Als de voorgestelde (door Hein Ros) wijzigingen zijn uitgevoerd dan is de buizen gelijkrichter vervangen door een dioden D1. Hierdoor is de stroom (in het groen aangegeven) iets hoger geworden omdat de gelijkrichtbuis een inwendige weerstand had van ongeveer 180 ohm en de dioden geen weerstand heeft.
De ingestelde anodestroom was bij mijn meter ongeveer 10 % hoger dan ingesteld met SW1 (mag max 5% afwijken). Dit is makkelijk op te lossen door in serie met de dioden D1 een weerstand op te nemen. Of R6 te verhogen in weerstand waarde. Bij mijn meter moest is 120 ohm bijschakelen om ruim binnen de 5% te komen.
Uiteraard moet voor deze waarde bepaling de aangeboden netspanning precies 230 Volt zijn.
Dit was het eerste deel ik hoop iemand er iets aan heeft graag hoor ik de reacties met vriendelijke groet,
Loek
PS
Helaas lukt het me niet om een scherpere afdruk te maken van het schema van de AVO 160. Misschien heeft iemand een exemplaar met hogere resolutie ?
Nu is het schema omgezet van TIF naar Bitmap en weer naar JPG.
Berichten in deze thread:
- Werking AVO buizentester type 160 -
Loek,
13.09.2009, 18:09
- Werking AVO buizentester type 160 - Philip, 13.09.2009, 18:39
- Werking AVO buizentester type 160 - hein, 14.09.2009, 05:57
- Werking AVO buizentester type 160 -
hein,
14.09.2009, 08:59
- Werking AVO buizentester type 160 -
Philip,
14.09.2009, 12:33
- Werking AVO buizentester type 160 -
hein,
15.09.2009, 05:59
- Werking AVO buizentester type 160 -
Philip,
15.09.2009, 07:21
- Werking AVO buizentester type 160 -
hein,
15.09.2009, 07:37
- Werking AVO buizentester type 160 -
Philip,
15.09.2009, 07:55
- Werking AVO buizentester type 160 -
hein,
15.09.2009, 08:21
- Werking AVO buizentester type 160 -
Philip,
15.09.2009, 10:33
- Werking AVO buizentester type 160 - Philip, 17.09.2009, 11:42
- Werking AVO buizentester type 160 -
Philip,
15.09.2009, 10:33
- Werking AVO buizentester type 160 -
hein,
15.09.2009, 08:21
- Werking AVO buizentester type 160 -
Philip,
15.09.2009, 07:55
- Werking AVO buizentester type 160 -
hein,
15.09.2009, 07:37
- Werking AVO buizentester type 160 -
Philip,
15.09.2009, 07:21
- Werking AVO buizentester type 160 -
hein,
15.09.2009, 05:59
- Werking AVO buizentester type 160 -
Philip,
14.09.2009, 12:33
- Werking AVO buizentester type 160 - Ed van der Weele †, 14.09.2009, 19:56
- Werking AVO buizentester type 160 - hein, 15.09.2009, 04:49