PCL805 Triode op - Penthode OK ? (Algemeen)

door John Hupse † ⌂, Schoonhoven, 18.06.2008, 13:14 (6002 dagen geleden) @ fred101

De principes achter buizentesters verschillen. De meest gebruikelijke soorten bij verzamelaars van oude radio's zijn:

- testers die de steilheid van de buis meten (dynamische meting)
- testers die de emissie van de kathode meten (emissiemeting)
- testers die de anodestroom van de buis meten bij een door de fabrikant van de buizentester vooraf bepaalde instelling (ervaringsmeting)

Speciale testers (b.v. continuïty testers, draagbare testers op batterijen, curve tracers en produktietesters) laat ik hier even buiten beschouwing. Vrijwel alle testers kunnen lek en kortsluiting meten, ook dit laat ik even voor wat het is.

De steilheidstesters zijn b.v. de AVO en een aantal Amerikaanse testers zoals Hickok, Jackson, Eico etc. De uitkomst van de meting wordt aangegeven in mA per volt.

De emissietesters komen voor onder zeer veel merknamen, op dit forum zie je veel Japanse testers uit de jaren '60 zoals Lafayette, Kyoritsu etc. Maar ook voor-oorlogse service testers werken vaak volgens dit principe. De uitkomst van de meting wordt aangegeven in mA. Er wordt meestal gebruik gemaakt van een schaal die loopt van 0 tot 50 mA. Soms is er een Load knop aanwezig, hiermee kan je de gevoeligheid van de meter veranderen. Wanneer je deze knop op 30 zet heb je er geen last meer van, de meter geeft dan bij volle uitslag ongeveer 50 mA aan.

De anodestroom testers zijn b.v. de Funke en de Philips Cartomatic. De uitkomst van de meting is de verhouding tussen de gemeten anodestroom en de vooraf bepaalde anodestroom, dit wordt aangegeven in procenten.

Alle steilheidstesters kunnen ook de anodestroom meten. Dat is nodig omdat de steilheidsmeting alleen werkt voor buizen die kunnen versterker. Om b.v. een gelijkrichterbuis door te meten heb je immers niets aan een meetmethode die de steilheid meet. Een dergelijke buis heeft nu eenmaal geen steilheid. Als anodestroom tester zijn de steilheidstesters vaak beperkt bruikbaar. Het is een misverstand dat dergelijke testers altijd de steilheid meten zoals die wordt opgegeven door de buizenfabrikant. Dit gaat meestal wel op voor de kleinere versterkerbuizen (b.v. ECC types), maar voor eindbuizen is het stroom- of spanningsbereik vaak te beperkt. Als een dergelijke beperking aanwezig is geldt deze ook bij het doormeten van gelijkrichters. Wanneer je met een steilheidstester b.v. een GZ34 wilt doormeten zal de tester toch zo'n 125 mA per diode moeten kunnen leveren, dit lukt meestal niet.

Met alle emissietesters kan je in principe alle buizen met een verhitte kathode doormeten, dus ook gelijkrichters. Het is voldoende om de aansluitingen te kennen van de gloeidraad, de kathode en het dichtstbijliggende rooster of plaat. Technische beperkingen zijn er nauwelijks, alleen zware zendbuizen e.d. zijn niet te testen omdat het benodigde vermogen voor de gloeidraad niet kan worden geleverd. De standaard emissietest heeft als functionele beperking dat de werking van de roosters en platen die voorbij het eerste rooster zitten niet wordt getest. Je kan echter met vrijwel alle emissietesters deze roosters c.q. platen apart testen. Het is een misverstand dat een emissietest plaats vindt bij een normale buisinstelling. Omdat alleen de kathode wordt getest op emissie behoeft de buis verder niet te worden ingesteld.

De anodestroom testers herken je snel aan de aanwezigheid van een stapel testkaarten. Zonder de juiste kaart is het lastig of onmogelijk om een buis te testen. Ook hier heerst het misverstand dat een dergelijke tester de buisinstelling meet zoals die wordt opgegeven door de fabrikant van de buis, dit is vrijwel nooit het geval. De interpretatie van het meetresultaat lijkt simpel, wanneer de uitkomst b.v. 90% is kan je b.v. erbij denken dat de buis licht gebruikt is. Wanneer de uitkomst 110% is wordt het al wat lastiger.

De uitkomst van een steilheidstest geeft voor de kleinere versterkerbuizen een goede indruk van de mate van versterking. Voor de zwaardere (eind)buizen en gelijkrichters is het resultaat niet altijd begrijpelijk.

De uitkomst van een emissietest geeft een indicatie van de slijtage van de kathode van de buis. Voor buizen van voor 1932 moet je wel enige kennis hebben van de eigenschappen van de toen gebruikelijke kathodematerialen om het resultaat te kunnen beoordelen.

Mijn probleem met de uitkomsten van anodestroom testers is dat het onduidelijk is wat je meet. Het resultaat is eigenlijk niet te herleiden tot een bepaalde eigenschap van de buis. Deze testers zijn wel ideaal voor aanbieders op veilingsites. De instelkaarten hebben als voordeel dat de bediening zeer eenvoudig is, het nadeel is dat niet altijd de juiste kaart aanwezig is en dat er relatief veel fouten in de kaarten zitten. Bij sommige Funke testers kan je als alternatief een (tamelijk beperkte) steilheidsmeting doen. De beperking zit 'm dan in de buisinstelling, deze valt meestal ver buiten het normale instelgebied van de buis.

--
http://www.hupse.eu/radio


Berichten in deze thread:

 RSS Feed van deze thread

powered by my little forum