Philips ECH83 met factorycode YD (Algemeen)

door Eleen , Deurne (BE), 02.01.2017, 23:58 (2883 dagen geleden) @ Cornelis B-B.
Bewerkt door Eleen, 03.01.2017, 00:42

Maar, wat wel een goede conclusie is...dat Philips origineel de ECH83 heeft gebruikt in
TV's en daar in heb ik nooit een door Philips zelf geplaatste ECH81 op die plaats gezien.

De eerste TVtoestellen met 110°beeldbuis hadden wel degelijk een ECH81 als sincscheider! Het is pas vanaf begin zestiger jaren dat men overgegaan is naar de ECH83 (met kwasi dezelfde schakeling)

Enkele modellen met vermelding buistype voor sincscheider.

17TX210A > ECH81
17TD210A > ECH81
17TX250A > ECH81

19TX330A > ECH83

23CX393A > ECH84
19TX410A > ECH84

19TX500A > PCH200

De serie buizen voor gebruik in autoradio's zonder triller, waarvan de ECH83 deel uitmaakt is in het midden van de vijftiger jaren op de markt verschenen om aan de toenmalige behoefte van enkele grotere autoradioproducenten te voldoen, tijdens de korte periode dat men voor hoogfrequent-toepassingen nog niet over transistoren kon beschikken. Wanneer enkele jaren later volledig getransistorizeerde autoradio's op de markt komen, wordt de productie van de serie 'autoradio-buizen' herleid tot het minimum, nodig voor naverkoop ten behoeve van herstelling. Eind vijftiger jaren is de productie volledig stop gezet.

Tijdens deze periode doet ook de televiesie, zij het nog beperkt, zijn intrede. In de loop der jaren worden diverse verbeteringen in de ontvangers geïntegreerd. Eén van de belangrijkere verbeteringen is een nieuwe schakeling voor de synchronisatiescheider, waarin met toepassing van een heptode een betere storingsongevoeligheid wordt bereikt. Telefunken komt hiervoor met een nieuwe buis, het type EH90.
Als Philips in 1958 met zijn eerste modellen met 110° beeldbuis op de markt komt, wordt voor de synchronisatiescheider gebruik gemaakt van het heptode-deel in de buis ECH81. In de schakeling zoals Philips ze toepast staat het heptode-deel ingesteld met zeer lage spanningen , namelijk op de schermroosters op ca 14 V. , op de anode ca 10 V.
Alhoewel het gross van de apparaten feilloos functioneert, komen toch al vrij snel meldingen van minder goede storingsongevoeligheid bij toestellen die een wat ongunstiger antennesignaal aangeboden krijgen. Tevens blijkt dat vervanging van de ECH81 door een nieuw niet-Philips-exemplaar in vele gevallen een nog slechter resultaat geeft. Een ECH81 van Philips voldoet in de meeste gevallen; proeven met een ECH83 geven altijd een goed resultaat.
Vanaf 1960 tot 1963 wordt met gebruikmaking van hetzelfde schema voor de sincscheider een ECH83 gebruikt. Hiervoor wordt de productie van het type ECH83 terug ter hand genomen.
Hoewel de ECH83 probleemloos functioneert is er toch één kanttekening; namelijk zowel de ECH81 als de ECH83 zijn voorzien van een stuurrooster met variabele spoed, om bij inzet in mengtrappen, variabele steilheid te hebben. Een heptode waarvan beide stuurroosters met vaste spoed gewikkeld zijn, maakt het mogelijk om een nog grotere storings-ongevoeligheid te bereiken. Daarom wordt in 1964 de ECH84 uitgebracht. Als laatste verbetering worden de heptode en triode van aparte kathode-aansluitingen voorzien. Hiervoor wordt in 1966 het type PCH200 uitgebracht.

Eleen